maandag 12 december 2011

Bijlmerbajes

Jaren geleden hadden ze iets nieuws bedacht. Gevangenen moesten een vak leren als ze in de gevangenis zaten. Dan hadden ze meer kans in de maatschappij als ze weer vrij kwamen. Heel nobel gedacht en het mag een paar centen kosten. Een ruimte in de gevangenis werd aangepast en allerlei machines werden gekocht. Zoals freesbanken, zaagtafels en alles wat er verder nog bij hoort. De totale kosten waren toen ongeveer vijf miljoen gulden.

Wij hadden er een leuke klus aan. Het is altijd leuk om eens een kijkje te nemen aan de binnenkant van de gevangenis, wetende dat je er ’s avonds weer uit mag. Gevangenen hadden we niet gezien, want we bleven op de eerste binnenplaats, vlak achter de ingang en daar mogen geen gevangenen komen. Toch hadden we continu minimaal 2 bewakers om ons heen hangen.

Ongeveer een jaar later moesten alle machines er weer uit. Het bleek dat de gevangen niet zaten te wachten op werken. De machine met de meeste draaiuren was een freesbank met dertien draaiuren. Niet echt gebruikt dus.

De machines waren opgekocht door een machinehandelaar en mijn werd baas ingehuurd om de machines weer weg te halen. Een opkoper wil nooit teveel betalen, dus werd er lichter materieel gestuurd. Een vrachtwagen met een klein kraantje erop en een losse man. Dat was alles. Ze waren alleen vergeten dat de zwaarste machine meer woog, dan dat kraantje op de vrachtwagen kon tillen.
Ik liep die dag toevallig op de werf en na de lunch werd ik met een grote heftruck naar de Bijlmerbajes gestuurd om die ene machine even op de vrachtwagen te zetten.

Hoe anders kan iets lopen . . .

Bij de poort van de Bijlmerbajes meldde ik mij netjes aan en kreeg een pasje. De poort ging open en ik zag mijn collega’s al. Die stonden al op mij te wachten. Binnen tien minuten stond de machine op de vrachtwagen en konden we allemaal weer gaan. Een klusje van niks dus.
De vrachtwagen met chauffeur en de losse man waren zo buiten. Ik niet.

Mijn naam kwam niet op de lijst van bezoekers voor. Ik gaf te kennen dat ik zelf dat pasje van een bewaker had gehad en daarom er ook vanuit ging dat ik op de lijst zou staan. Maar bij de poort geloven ze niet zomaar iets. De bewakers geloven alleen maar dingen die zwart op wit staan en daar was mijn naam niet bij.

Dan word er een procedure opgestart. Een procedure om te kijken of ik er wel uit mag.
Als eerste worden de gevangenen geteld. Aangezien de Bijlmerbajes best wel groot is, zijn er ook best wel veel gevangenen. En de bewakers geloven zichzelf niet eens, want één keer tellen is niet genoeg.
Gelukkig, ze missen geen gevangene.

Daarna moest ik mijn rijbewijs inleveren en van alles opschrijven op een formulier. Zoals mijn naam, geboortedatum, adres, naam van mijn ouders, waar ik geboren ben, en waar ik werk. En nog wel meer dingen.

Al snel stuitte ze op een probleem. Ik ben namelijk geboren in een gemeente die niet meer bestaat. Ook al was ik nog geen kilometer bij de Bijlmerbajes vandaan geboren. Ze wisten niet waar ze nu moesten controleren of ik de waarheid sprak.

Mijn ouders werden gebeld, om te horen of ik wel hun zoon was. En ook om te vragen of het klopte waar ik was geboren. Mijn moeder kon ze vertellen dat alles klopte en dat het geboorteregister nu te vinden was in het gemeentehuis van Amsterdam.

Daarna werd mijn baas gebeld, om te horen of ik echt wel voor hun werkte. Gelukkig had mijn baas een helder moment en bevestigde dat ik voor hem werkte.

Uiteindelijk werd het stadhuis van Amsterdam gebeld. Maar die zijn na kantooruren gesloten en het was al een flinke tijd na de normale kantooruren. Dus werd er eerst een hoop heen en weer gebeld en eindelijk kreeg ik te horen dat ze nu een ambtenaar hadden gevonden die naar het stadhuis zou gaan om mijn gegevens te controleren.

Het was ook allang etenstijd geweest. De bewakers gingen om en om naar de kantine om te eten, maar ik kreeg niks. Toen ik ze vertelde dat ik toch wel een flinke honger kreeg en niet op had gerekend dat ik niet met avondeten thuis zou zijn…
Spontaan meldde zich een bewaker zich beschikbaar om wat voor mij te gaan halen. Het duurde lang voor hij weer terug was. Maar ik had een heerlijke maaltijd, vers van Mac Donalds.

Rond middernacht kwam eindelijk het verlossende telefoontje. Ik besta!!!! en ik sprak de waarheid!!!! WOW en dat na ruim 7 uur.

Maar ik mocht er nog niet uit. Nee, zover was het nog niet. Eerst moesten de gevangenen nog een keer geteld worden. Om twee uur in de nacht kreeg ik te horen dat ik de poort uit mocht rijden.

Tja, toen had ik een probleem . . .
De heftruck was niet gemaakt om in donkere uren van de nacht te rijden, dus zat er ook geen verlichting op. Ik mocht gebruik maken van de telefoon in de bewakersloge en belde mijn baas op. Ik zal maar niet herhalen wat hij zei, maar ik leerde allemaal nieuwe woorden. Het kwam er op neer dat het niet zijn probleem was, maar mijn probleem. Ik heb dat maar omgedraaid, want het is niet mijn heftruck, maar zijn heftruck. Tenslotte staat zijn naam op de zijkanten van de heftruck en niet de mijne.

Het was ruim een half uur lopen van de Bijlmerbajes naar mijn huis. En rond vier uur lag ik eindelijk in bed. De volgende morgen ben ik met de bus naar mijn baas gegaan, want mijn auto stond nog daar. Mijn baas vroeg gelijk waar de heftruck was, want die had die ochtend om zes uur al weg moeten zijn. En ze konden de heftruck nergens vinden. Ik vertelde mijn baas waar hij stond en waarom hij daar stond. Mijn baas gaf een knap staaltje van hondsdolheid weg, want het schuim stond op zijn mond. Maar nadat hij klaar was met het grommen van nieuwe woorden, kreeg ik te horen dat ik die heftruck maar moest op gaan halen en naar de andere klus moest brengen.
Ik keek mijn baas verbaasd aan. Ik zou minstens een uur moeten lopen om bij de heftruck te komen en dan minstens drie uur moeten rijden om bij de andere klus te komen.
Hij vond dat het mijn probleem was.
Ik kon alleen maar lachen, want mijn uren worden toch wel betaald . . .

2 opmerkingen:

  1. ......wetende dat je er ’s avonds weer uit mag.
    Hahahah dat was voor jou even een ander verhaal. Gelukkig dat iedereen mee werkte en je baas een helder moment had.

    Wat een baas wat een baas, leeft die man nog wel?

    Debby

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hij leeft nog wel, maar is al bijna 20 jaar niet meer met het bedrijf verbonden. Zijn zoon doet het nu.

    BeantwoordenVerwijderen