vrijdag 9 december 2011

Humor op het werk

Onderlaatst had ik een gesprek met een vriendin over mijn oude werk. Ik werkte toen bij een verhuis- kraan- en transportbedrijf. Daar was ik Verhuizer Speciale Transporten. Mooie taakomschrijving, maar wat ik deed was met machines stoeien. Machines die verplaatst moesten worden, in en uit panden halen en al dat soort zaken. Over het algemeen geen kleine machines, de meeste begonnen bij 30 ton aan gewicht. De zwaarste machine waar ik ooit mee heb mogen stoeien was rond de 700 ton. Door dat werk heb ik ook veel in het buitenland mogen vertoeven. Het was hard en zwaar werk, maar wel het mooiste wat ik ooit gedaan heb aan werk.

Maar het was ook wel eens rustig in dat werk en dan kreeg je wat anders te doen van de baas. Dan werd ik vaak meegestuurd met een grote hijskraan. Ik was dan de “bokhand” van de kraanmachinist. Ik mocht dan meehelpen met de kraan op te bouwen, en als het werk af is weer helpen af te breken. Meer hoefde ik dan doorgaans niet te doen. Dat was wel een welkome, en rustige, afwisseling.
Er was een kraanmachinist waar ik het erg goed mee kon vinden. We hadden dezelfde soort humor en denkwijze, en we hadden daarom altijd de grootste lol samen. Zelfs zoveel lol dat we later niet meer samen mochten werken, ik mocht zijn bokhand niet meer zijn.

Op een vrijdagmiddag, het was al even na de reguliere werktijd, werden we samen nog naar een klus gestuurd. Het zou om één “hijsje” gaan.
Leuk. . . Minstens een uur nodig om de kraan op te stellen, dan één “hijsje” doen en dan weer een uur om de kraan in te pakken. En dat op vrijdagmiddag laat. En dan ook nog eens bij een klant die bekend staat om het vele “gezeik”. Nooit was er iets goed in hun ogen, terwijl het werk altijd perfect werd uitgevoerd en vaak nog vlugger dan zij zelf gepland hadden.

Maar goed, de baas stuurt je, dus je gaat maar. We hadden de hele dag al samen gewerkt en we hadden ‘s morgens al besloten om de dag te beëindigen in de kroeg.
Tijdens de rit naar de klant werden we al steeds meliger en we konden eigenlijk alleen nog maar lachen op het moment dat we bij de klant waren. De klant maakte een opmerking daarover, waarop wij in koor antwoorden dat het zo maar om kan slaan, omdat we eigenlijk een grote hekel aan elkaar hadden.
Tijdens het opstellen van de kraan hebben we, zo vriendelijk als we zijn, het ook even gedemonstreerd aan de klant. We hebben elkaar met een koevoet, hamer en nog meer dingen achterna gezeten. Zo onder het mom van: kom hier, dan zal ik je hersens ff laten luchten.
En het volgende moment stonden we te geinen in het zicht van de klant. Maar als we uit het zicht waren van de klant, lachen we dubbel van het lachen.
Het duurde ook niet lang of de klant was al weggelopen en liet ons met rust. Beter kon het niet: we hadden lol en de klant liet ons met rust. Geen gezeur over onbenullige zaken, die ons van het eigenlijke werk af houd.
We hadden nog nooit zo lekker gewerkt bij die klant als die avond. Hij zeurde helemaal niet meer, beter nog, als hij even niet nodig was, was hij weg ook. Misschien ook wel omdat wij alweer de grootste lol hadden en tussendoor ook op elkaar liepen te schelden.

Toen we rond een uur of 11 in de avond eindelijk weer de werf opreden, zagen we de auto van de baas staan. Het licht in het kantoor van de baas was ook aan.
De baas op vrijdagavond laat nog op kantoor? Dat is onmogelijk, want die is normaal in het begin van de middag al verdwenen. Nadat we de hijskraan op zijn plek hadden gezet, liepen we nog even het kantoor in. Daar was niet alleen de baas, maar ook de 3 planners. We werden verzocht om even mee te lopen naar het kantoor van de baas.
Daar werd ons medegedeeld dat de klant had gebeld en hoe onze baas het durfde om twee gekken te sturen. Volgens de baas waren de woorden van de klant: “Op het werk valt niks aan te merken, dat was perfect, maar die twee wil ik hier nooit meer zien. Die twee zijn echt gek en staan elkaar naar het leven.”
De baas wilde weten wat er aan de hand was en wij vertelden hem dat we gewoon ons werk hadden gedaan. Dat kon de baas niet geloven, hij zei dat hij ons langer kon als die dag, en we werden op staande voet ontslagen, waarop één van de planners zei dat wij al waren ingepland voor maandag en dat het te druk was om twee goede mensen te missen.
De baas werd nog kwader, want hij werd tegengesproken en daar kon hij absoluut niet tegen. Nadat hij, al schuimbekkend, heel veel nieuwe woorden ten gehore had gebracht, zei hij dat wij dan wel konden blijven, maar nooit meer samen mochten werken.
Kwaad verliet hij het kantoor en reed nogal ruw het terrein af. Iets wat hij nooit deed, want hij was erg zuinig op zijn auto.

We hebben toen de planners verteld wat er echt gebeurd was en ze hebben erg zitten lachen en vonden het een goede zet van ons. Ook de planners hadden een hekel aan die klant, want de klant belde voor elk wiswasje en de planners hebben wel meer te doen dan onzinnige vragen beantwoorden.

Maar nu we de planners toch zagen, wilde we graag weten wat we maandag zouden gaan doen. Nu zeiden de planners dat zij een probleem hadden, want we stonden voor maandag weer samen gepland. Ze hadden geen zin om dat te gaan veranderen, dus lieten ze het ook zo.

Op maandagmorgen reden we de werf af, op dat moment kwam de baas net de werf opgereden. Zo vriendelijk als mijn collega en ik waren, hebben we even getoeterd en gezwaaid naar hem. Ik weet niet wat de baas tegen de planners heeft gezegd, maar na een kwartiertje werd via de mobilofoon gevraagd of wij niet meer naar de baas wilde zwaaien.
We snapten er niks van. . . We deden toch aardig tegen de baas??

Geen opmerkingen:

Een reactie posten