vrijdag 6 januari 2012

Een goed gesprek

(7 februari 2011)
“Waar was je nou de afgelopen dagen?” vroeg ik.
“Met de baas mee op stap. We zijn overal en nergens geweest.”
“Moet je niet meer doen, Mikey. Ik heb je vreselijk gemist.”
“Ik jou nie. . . ook.”
“Ik heb me vreselijk lopen vervelen. Ik mistte jou zo erg, dat ik helemaal geen zin had om kattenkwaad uit te halen.”
“Jij? Geen kattenkwaad? Dat is onmogelijk.”
“Nee, echt. Heb helemaal niks uitgevreten toen jij weg was.”
“Je bent niet goed in je kattenkop.”
“Er was echt helemaal niets aan hier, heel erg saai. Ik kon niet boven komen, dus moest ik nu ‘s nachts beneden slapen. En in mijn speelruimte veranderde niks, dus daar viel ook al niks te beleven. Het enige wat ik kon doen was liggen en slapen, tussen het eten en kattenbakbezoek door.”
“En Grytsje dan?  Kon je daar niet mee spelen?”
“Jawel, natuurlijk wel. Maar zij is al oud en kan nooit een hele dag spelen. En daarbij, zij speelt veel gemener dan ik. Niet dat ze nageltjes gebruikt, maar ze valt me ook aan als ik lig te slapen. Dat zou ik bij haar nooit doen.”
“Nee, maar wel bij mij.”
“Jah, jij . . . Jij bent Mikey, dan is het logisch.”
“Dank je, denk ik.”
“Kom eens hier? Ik moet even wat doen.”

“Dank je, Mikey. Ik moest even op je kop meppen.”
“Geen dank, graag gedaan. Al kan ik niet zeggen dat ik het gemist heb.”
“Hoezo niet?”
“Nou. . . Toen wij hier weggingen, zijn we eerst ergens geweest om nog iemand op te halen, maar daarna zijn we naar jou ouderlijk huis geweest.”
“Nee, meen je niet.”
“Jah, eerlijk. En je moeder is nog geen steek veranderd.”
“Ze geeft je nog steeds heel lief koppies?”
“Ja, dat ook, maar ook nog zo af en toe wat meppen. En ze is niet de enige.”
“Tja, ik ben erfelijk belast, hè.”
“Er lopen ook weer vijf van die kleine etterdingen rond. Gelukkig kunnen ze nog niet zo makkelijk uit de doos klimmen, maar zo af en toe lopen ze wel ergens rond.”
“Is het weer zo ver? Het is dat het mijn moeder is, maar het is wel een slet, hoor.”
“Dat is duidelijk te merken. Er lopen daar steeds meer van die vreselijke wezens in de rondte.”
“Noem je mijn familie vreselijk?”
“Nee, natuurlijk niet. Maar rare wezens zijn het minstens.”



“Zo, die heb je wel verdiend, lelijke lummel.”
“Jah, joh. Ga nog ff zo door en ik ga weer voor een paar dagen weg, hoor.”
“Sorry, zal je de volgende keer waarschuwen als ik je ga meppen.”
“Dank je. Je moet trouwens de groeten van Pluis hebben. Was dat je vriendje?”
“Nee, dat is mijn broer. Dankzij hem ben ik hier terecht gekomen.”`
“Nou. . . wees blij, want als je daar een eigen plekje hebt, dan word het regelmatig in beslag genomen. Inmiddels heeft je hele familie in mijn mandje gelegen, zo ongeveer.”
“Lekker ding ben je ook, hè? Ik mag er niet eens in liggen hier.”
“Nee, klopt. Mag je ook niet. Je familie eigenlijk ook niet, maar zij zijn duidelijk in de meerderheid en dan weet ik mijn plek wel.”
“Zwak, hoor. Had van jou wel meer verwacht.”
“Alsof het leuk is om steeds meppen te krijgen. Het mag dan niet zeer doen, maar leuk is anders. Ik krijg nooit de kans om terug te meppen.”
“Natuurlijk niet, dat is niet leuk voor ons. Maar vertel nu eens, is het echt zo leuk om een paar dagen weg te gaan?”
“Ja, dat wel, alleen zou ik graag wel elke nacht thuis willen slapen, maar dev begint daar niet aan.”
“Is er nog veel veranderd in mijn ouderlijk huis?”
“Nee. Op één van die dagen ben ik met dev even weggeweest en toen we terug kwamen stond mijn mand heel ergens anders. Trouwens. . . de bank en de eettafel ook. Maar dat was wel weer fijn, ik kon zo van de ene schoot naar de andere schoot lopen en zo bij de juiste persoon komen zonder de vloer te raken. Dat was wel leuk. Maar heb jij echt helemaal niets gedaan hier? Ik vind toch zó ongelooflijk.”
“Nee, heb echt niks gedaan. Zelfs dat ding in de wastafel heb ik laten zitten. Echt heel saai, maar zo heb ik dev wel laten zien dat ik mij kan gedragen als hij weg is en niet zoals jij, dat jij in zo’n raar ding met tralies moet.”
“Grmbl. Fijn dat je mij daar even aan herinnerd.”
“Graag gedaan, hoor. Ik denk dat het etenstijd is, want er komt beweging in dev. Jij nog een paar meppen en dan gaan we eten.”




 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten